PF CARD
FILE:

NAME:
Alten, van Jan Pieter

BORN:
09-10-1921, Vlissingen.

EDUCATION:
Gymnasium.

OCCUPATION:
NA

ARRIVED IN ENGLAND:
NA

ORGANISATION:
BI

TRAINED AS:
agent.

TO THE FIELD:
18-03-1945/19-03-1945 crossed Biesbosch.

MISSION:
observer of Group Albrecht and to gather information in Germany.

DROPPED AT:
NA

NEAR:
NA

DROPPED WITH:
NA

OVERRUN:
04-04-1945

PLACE:

RETURNED TO ENGLAND:

AFTER MISSION REPORT:

ARRESTED:
NA

PRISONS:
NA

DIED:
09-07-2015

PLACE:
Amsterdam

ALIAS:

NAMES IN THE FIELD:
Jan Zeeland

RADIOPLANS:
NA

CRYSTALS:
NA

SET: NA

PREFIX:
NA

CUTOUT:

WITH ORGANIZATION:
Trouw, Group Albrecht

CONTACTS:

SAFEHOUSES:

TX LOCATIONS:
NA

WT-OPERATOR(S):
NA

SOURCES:
Frans Kluiters, Trouw,

REMARKS:
,,In 1942 heb ik eindexamen gymnasium gedaan aan het Marnix Rotterdam. Mijn ouders woonden in Zeeland, in Vlissingen. Daar ging ik weer heen. Begin 1943 kwam Simon Willemse bij me, die op Walcheren verschillende illegale acties uitvoerde, pamfletten en dat soort dingen meer. Hij kwam bij me om me te vragen of ik een voedselactie wilde organiseren onder de boeren daar, met de bedoeling voedsel te verzamelen. Dat ging dan verpakt in kisten naar Vught, waar mevrouw Van Beuningen contact had weten te leggen met de commandant van het concentratiekamp. Op Walcheren ben ik begonnen met verschillende boeren af te sjouwen, op de fiets ging dat allemaal. Langzamerhand betrok Willemse me daar nog verder bij. Zo ben ik bij dat Trouw-werk, bij de verspreiding op Walcheren, betrokken geraakt tot we eind 1943 een kraak hebben gepleegd in distributiekantoor Sint Laurens. Simon Willemse werkte voor dat kantoor en moest onderduiken omdat medewerkers van dat kantoor naar Duitsland gestuurd werden.
Simon Willemse ging weg. Hij droeg aan mij de verspreiding voor Walcheren over en het contact dat hij had met de drukker Jacques de Smit in Souburg. Ik heb veel met Jacques gewerkt, ook illegale pamfletten en dat soort dingen meer. Zo raakte ik betrokken bij de centrale organisatie van Trouw in Zeeland. Dat heeft weer consequenties gehad voor ander werk wat ik later gedaan heb, inlichtingen verzamelen voor de Groep-Albrecht. Ik ging na de bevrijding van het zuiden als geheim agent vanuit Eindhoven via de zogenoemde crossline naar bezet gebied richting Duitsland.
Mijn werk voor Trouw bestond voornamelijk uit verspreiden en contact met de drukker onderhouden. Al toen ik op het gym zat, had ik wel zin om iets te doen. Ik ben altijd een beetje avontuurlijk geweest, ik wilde graag wat doen. Het verzet tegen de Duitsers trok me toch wel aan, ja. Aversie tegen de bezetting speelde een rol. Die had iedereen in je familie en omgeving. Je zocht altijd naar wegen om iets tegen de bezetter te ondernemen.
Ik kwam bij de familie Poppe in Vlissingen. Poppe had op eigen houtje onderduikwerk georganiseerd en werd ook betrokken bij de Trouw-verspreiding. Zo ben ik mijn latere vrouw tegengekomen.
Het Trouw-werk was een beetje gekoppeld aan het onderduikwerk. Bij al die contacten voor de verspreiding kwamen vragen naar boven: wat moet je met die mensen? In Zeeland organiseerden verschillende groepen onderduikwerk. Het onderduikwerk werd gecoördineerd in de Landelijke Organisatie voor hulp aan onderduikers. Tegen de bevrijding hebben we met LO, LKP en Ordedienst samen verzetsgroepen gevormd om goed georganiseerd te zijn. Dat waren vaak mensen die voor Trouw werkten en met wie je samen dingen deed. In Vlissingen heeft Poppe een flinke groep georganiseerd die bij de bevrijding als gids kon optreden en Duitsers kon arresteren.
Die groepen stonden op zich los van Trouw, maar het werk voor Trouw heeft natuurlijk wel een belangrijke rol gespeeld. Het was een soort bindende factor omdat zo’n krant regelmatig verschijnt en je er een middel mee hebt om de geesten wakker te houden.
Bij drukker De Smit werd natuurlijk ook veel gedaan aan pasjes. Als je een illegaal bewijs moest hebben, bijvoorbeeld om ’s avonds op straat te mogen zijn, werd dat bij De Smit gedrukt. Ik kreeg het passagebewijs van iemand die bij De Schelde werkte. Dat werd bij De Smit overgedrukt. Ik ben nog eens door een Duitser aangehouden die aan me vroeg: ’Haben sie vielleicht Handgranaten oder Munition?’ Dat had ik niet bij me, nee. Duitsers kwamen ook bij De Smit, zoeken naar onderduikers. Daar lagen toen ook Trouws. Die hebben ze niet gevonden. Het ging altijd goed, ja. Ik had soms wel een pistool op zak. Ik weet niet of dat wel verstandig was; ik heb het nooit hoeven gebruiken.
Contacten liepen vaak via de kerkelijke kring, de predikant, de hoofdonderwijzer van de christelijke school. Een uitzondering was bijvoorbeeld Buis in Goes, dat was een socialist. Ook niet-kerkelijken waren bij Trouw betrokken. Geloofsovertuiging speelde voor mij niet zo’n grote rol. Veel mensen achtten het vanuit hun geloofsovertuiging hun plicht om tegen de Duitsers in te gaan. Voor mij was dat ook wel een overweging. Je was natuurlijk fel tegen dat hele nazisme, dat was voor een belangrijk deel de drijfveer waarom je dat deed.
Het werk voor Trouw en spioneren voor de Groep-Albrecht combineerde ik. Door dat combineren is de boel ook vaak misgelopen. In Zeeland werd een medewerker gearresteerd. Hij is doorgeslagen en door de SD als lokaas gebruikt. Het gevolg was dat Kees de Graaff (hoofdverspreider van Trouw in Zeeland; red.) werd gearresteerd. Na De Graaffs arrestatie is het werk van Trouw onafhankelijk doorgegaan. De Graaff heeft blijkbaar geen namen genoemd. Ondanks folteringen door de SD hebben mensen als Kees de Graaff blijkbaar hun mond gehouden. De Smit heeft zijn drukkerswerk kunnen voortzetten. De Graaff is in augustus 1944 in Kamp Vught gefusilleerd, samen met de 22 andere Trouw-medewerkers.
Arrestaties en executies waren geen reden om te stoppen,zeker niet. Dat deed je toch niet, je stopte toch niet, je ging gewoon door. Af en toe moest je onderduiken, maar het ging altijd door. In een oorlog vallen slachtoffers. Dat hebben we in de Albrecht-groep ook gehad. Je probeerde wel je mensen te redden, bijvoorbeeld door ze vrij te kopen of ze uit het Huis van Bewaring te halen, maar dat lukte niet altijd.
De oorlog is voor mij een heel belangrijke periode geweest. Het heeft toch een stempel gedrukt. Je was er in je gedachten altijd mee bezig. Zo’n oorlogsperiode waarin je altijd actief bezig bent geweest, dat blijft je wel voor de geest hangen natuurlijk.
Het is goed dat Trouw zich een beetje heeft losgemaakt van het idee van een christelijke krant. Dat moet ook niet meer in deze tijd. Wil je een heleboel mensen aanspreken, dan moet je toch een middenweg vinden. Ik vind dat dat wel goed gebeurt.”
Jan van Alten heeft in 2001 over het illegale Trouw een boek geschreven, getiteld ’Een ophitsend geschrift in Zeeland’, ISBN 90-9015133-8, uitgeverij ADZ Vlissingen

RELEASED: NA

COMPLETE:
NO



© Weggum

w.mugge@home.nl

Datum: