DE ZENDER VAN F.A.F.F. van LOKVEN
Door F.A. Th. Smits
Op 23 november 1989 vond er in het Koninklijk Nederlands Leger- en Wapenmuseum in besloten kring een kleine plechtigheid plaats. In gezelschap van o.a. de res. L-Kol. der Infanterie b.d. C.Ch. Westerveld bood mevrouw Chr. van Lokven-Bakker een Engels-Amerikaanse zender-ontvanger aan, die wijlen haar echtgenoot bediende als radio-telegrafist van het Algemeen Hoofdkwartier van de Orde Dienst en zijn plaatsvervangend (chef-staf), de latere kolonel Jhr. P.J. Six, ridder MWO. De zender-ontvanger werd in ontvangst genomen namens het museum door de voorzitter van de Stichting KNLWM de Generaal-Majoor b.d. J. Schalberg en de directeur en de directeur dr. J.P. Sigmond. Deze schenking is een belangrijke aanwinst voor de collectie van het museum, niet alleen door de zeldzaamheid en de nog uitstekende conditie van het bijna 50 jaar oude apparaat, maar ook door het verhaal achter de zender: het illegale werk van Frans van Lokven, de O.D. en zijn commandant Jhr. P.J. Six.
De zender-ontvanger tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Museumbezoekers kijken nu met verbazing naar een degelijk lederen reiskoffertje met daarin een blikken doos met bakelieten knoppen, buizen van glas en metaal en vooral veel draad. In de wereld van 1990 is communicatie gewoon. Het begin van deze ontwikkeling ligt ver voor de Eerste Wereldoorlog. Beeld- en geluidoverdracht was theoretisch en in sommige gevallen pratisch mogelijk. Een eerste militaire toepassing op grote schall was weggelegd voor de telefoon en telegraaf met doorverbindingssystemen in de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog. De Eerste Wereldoorlog was vooral een statische oorlog in tegenstelling tot de Tweede Wereldoorlog. Alle oorlogvoerenden beschikten over communicatiesystemen, die nog erg log en storingsgevoelig waren. Postduif en 'boodschapper' waren echter nog de meest betrouwbare verbindingsmiddelen.
De prille verzetsorganisaties, waaronder de in augustus 1940 opgerichte O.D. (Orde Dienst) hadden een enorme aan verbinding met onze naar Londen uitgeweken regering. Ondanks aanwezige kennis was het moeilijk gestandaardiseerde zenders te construeren. Schaarste aan materiaal, groter wordende tekorten aan electriciteit en het heftig worden van onderdrukking en verzet waren de oorzaken van georganiseerde droppings vanuit Engeland van moderne zender-ontvangers.
De Paraset Transceiver. (reg. nr. 058644)
1. De schenking omvat een lederen reiskoffer van een stevige kwaliteit vervaardigd uit gestikt donderbruin
leder, hoog 25 cm, breed 13 cm, lang 30 cm.
2. De Paraset Transceiver met serienummer 10332.
3. Een voedingsapparaat, hoog 10 cm, breed 11 cm, lang 14 cm met een bruin voedingslichtsnoernet met
rubber isolatie en een zwart rubberen voedingsnoer met driewegstekker naar de transceiver.
4. Een geheimzinnig briefje 12½ x 13½ cm, te weten een soort aanmeldingsformulier voor een militaire
belangenorganisatie, dat werd gebruikt als kladpapiertje met daarop in potlood geschreven de volgende
tekst:
IDOB Maandag 16 mei 1800-1823
GZETN Woensdag 18 mei 1800-1823
FRANS Donderdag 19 mei 1800-1823
PIET Zondag 22 mei 1700-1830
1) 5928
2) 3393
3) 6591
4) 6438
Dit zijn de zendgegevens: frequenties, uitzenddagen, uren, wachtwoorden en de nummers der zendkristallen.
De Paraset Transceiver is gemonteerd in een cadmium-stalen doos, welke zilverkleurig is afgewerkt. De doos heeft een totaal gewicht van 2 kg en meet hoog 11 cm, lang 21½ en breed 11 cm.
Standaardgegevens.
Het frequentiebereik: 3 tot 7,6 megacycles (Mc=miljoen trillingen per seconde) in een band voor de ontvanger en in 2 banden voor de zender te weten 3,3 tot 4,5 en 4,5 tot 7,6 Mc.
Het zendvermogen is 4 tot 5 watt, 3 metalen Amerikaanse buizen.
Zender met 1 buis type GVG zender is kristal gestuurd.
Ingebouwd klein formaat seinsleutel.
Regeneratieve ontvanger: type 6SK7 buis (2x).
Zend- en ontvangstbereik ± 750 km.
Onder de deksel bevindt zich de calibratiekromme (afstemming voor de ontvanger) en de 3 metalen buizen (zie hierboven) in hun zogenaamde terry-clips.
Het frontpaneel van links naar rechts en van boven naar beneden: pluggen voor stekkers en voeding en voor de koptelefoon, buisvoeten voor de ontvangstbuizen 2x, contactbussen voor antenne en aarding, buisvoet voor de zendbuis en twee contactbussen voor de kristalhouder. Daaronder de 6V6 buisvoet, 2 gloeilampjes voor de zenderafstemming. Onder de ontvangerschaal met knop voor fijnafstemming, de knop om het regeneratieniveau in te stellen, de twee zenderafstemknoppen, de zendfrequentieschakelaar en de ingebouwde seinsleutel.
Om over te schakelen van zender naar ontvanger moest men de pijlvormige knop in het midden van het paneel verdraaien. De koptelefoon bestaat uit twee bakelieten oortelefoonschelpen 2 metalen veren zwart canvas omkleed, 2 stelveren en zwart electriciteitsdraar met textielislolatie omkleed. De headset is vervaardigd door Trimm Radio MFG Corporation Chigago USA.
Hierboven wordt genoemd regeneratieve ontvanger, dit type ontvanger is zeer gevoelig en ook vlug instabiel. Het hoge fluiten of de zogenaamde 'Mexicaanse hond' was het gevolg van instabiliteit en wordt gebruikt om het toestel af te stellen. Om de Paraset te laten functioneren moest men het afstellen goed onder de knie hebben; alleen een geoefend vakman kon dit.
Werking.
De koptelefoon zit met een snoer verbonden aan de set, evenzo het voedingsapparaat; aarding en antenne zijn ingeplugd, zo ook de drie buizen en het zendkristal. De radiotelegrafist kan nu zenden. De fijnafstelling is met enkele handelingen te verrichten. Nadat alles is geplaatst stelt hij de ontvanger op de frequentie af van het thuisstation (homestation in Engeland) door middel van de calibratiekromme welke onder het deksel is aangegeven. Dan schakelt hij naar zenden, drukt de seinsleutel in en tegelijkertijd regelt hij gelijkmatig draaiend aan de twee afstelknoppen, zodat de lichtjes op zijn felst gaan branden. Alles is gereed om te zenden. Het moeilijkste komt nog. Voor een maximale gevoeliheid en selectiviteit voor ontvangst moet de telegrafist de regenratie controleknop zo draaien dat een sissend geluid ontstaat, net hoorbaar in de koptelefoon. Al deze handelingen dienden snel te geschieden omdat vanaf het moment dat de zender is ingeschakeld, het peilen door de Duitsers kon beginnen.
Deze compacte en sober ontworpen set bevat alle elementaire onderdelen, om te komen tot een twee-weg clandestiene communicatie. De ingebouwde seinsleutel is buitengewoon rustig: al met al ontworpen voor verzetswerk en inlichtingendiensten.
Frans van Lokven, radiotelegrafist van het AHK-OD.
'Onderofficieren voor front der troepen onderscheiden. Wegens heldhaftig gedrag tijdens de oorlog in Nederland en Indonesië' Dit meldde de plaatselijke courant van Willemstad (Curaçao) op 21 september 1954. Sergeant-Major Van Lokven ontving voor zijn verzetswerk de Bonzen Leeuw en collega Sergeant Vliegtuigmaker A.J.C. Berkelmans het Vliegerkruis voor zijn aandeel in de strijd tegen Japan. De Commandeur der Koninklijke Marine H. Bos reikte in het Waterfort te Willemstad de onderscheidingen uit.
Verzetswerk.
Tijdens de plechtigheid waarbij de zender werd aangeboden memoreerde de heet C.Ch. Westerveld, Reserve Luitenant Kolonel der Infanterie b.d. zijn verzetsmakker Frand van Lokven als 'iemand die de capitulatie op 15 mei 1940 beschouwde als een tijdelijke onderbreking van zijn loopbaan: beroepsmilitair bij de Koninklijke Marine; iemand die vast besloten was zelf mee te helpen die onderbreking zo kort mogelijk te doen zijn. Van Lokven sloot zich na de capitulatie aan bij een verzetsgroep, die munitie verzorgde, inlichtingen verzamelde en ddoorgaf. In september 1943 werd de vakman als reserve-marconist belast met het telegrafisch verkeer op Londen. In september 1944 was hij als zodanig werkzaam. Vanaf dat moment werd de jacht op illegale zenders heviger. Na de bevrijding van Zuid-Nederland, die volgde op de operatie Market-Garden werden alle beschikbare peilauto's naar het resterende bezette Nederland overgebracht. Hierdoor waren alleen al in Amsterdam 57 peilauto's actief. De kans dat een radiotelegrafist werd gepeild was nu nog groter. Om de pakkans te verkleinen werden de uitzendingen teruggebracht van 30 naar 6 minuten.De Duitsers hadden 14 minuten nodig om een werkende zender te peilen. Westerveld vertelde dat tijdens een clandestiene radioverbinding een lid van de waarschuwingsdienst in de omgeving van het zendadres fietste. Zodra de Duitse peilauto de omgeving langzaam binnenreed, belde de waarschuwer een bepaald telefoonnummer om de telegrafist te waarschuwen, dat men hem op de korrel had en dat de verbinding moest worden verbroken. Van Lokven kreeg op een keer zo'n waarschuwing, maar zijn telegrafistenhart en plichtsbetrachting waren sterker dan zijn gevoel voor security. Het gecodeerde bericht ging eruit, hij sloot het contact af, stopte de paraset in de boodschappentas, hing die op aan een spijker in de keukenmuur. De Duitsers belden aan ... bij de buren. Geluk, koelbloedigheid maar voor alles: het werk moest af en in dit geval het verzetswerk.
Vijf mei 1945 Bevrijding. Op zeven mei verplaatste de Chef Staf van het Algemeen Hoofdkwartier van de orde Dienst zijn hoofdkwartier van de Koepelkerk naar de Amstelbrouwerij te Amsterdam. Het jarenlang gebezigde woord security speelde niet meer mee. Toen bleek wie een ieder was. Het hoofd van de O.D. bleek de Chef-Staf te zijn en Jhr.P.J. Six te heten en niet 'mijnheer Van Santen'. Bradfield bleek Frans van Lokven te zijn. De spelregels van de security, die door Six op militaire wijze perfect werden nageleefd, hadden onder meer tot gevolg dat niemand werkelijke namen en adressen kende. De security bleek ook door de medewerkers van Six in hoge mate nagevolgd te worden. Doordat Van Lokven zijn vakmanschap, kundigheid en toewijding in dienst stelde van de O.D. en zijn commandant werd hij gedecoreerd. Hij onderscheidde zich in actie tegen de vijand en toonde daarbij buitengewone dapperheid en toewijding, doch deze marineman zag het verzet meer als werk dan als daad.
w.mugge@home.nl
10-09-2019