METEOROLOGISCHE DIENST GROEP PACKARD.
TRANSCRIPTIE.
De werkzaamheden, welke ten doel hadden het verschaffen van synoptische weergegevens via Bureau Inlichtingen te London aan den geallieerden Weerkundigen Dienst, hadden in het kort het volgende verloop:
nadat reeds in het najaar van 1942 contact was verkregen met Nederlandsche instanties te Stockholm en sedert dien geleidelijk een groep medewerkers, waaronder eenigen van den Nederlandschen Rijksluchtvaartdienst tot een soort samenwerking kwamen met het doel geheime radiotelegrafische verbinding met Engeland tot stand te brengen, ontstond in Maart 1943 een plan synoptische weergegevens dagelijks te doen uitzenden.
Een uitgewerkt voorstel werd aan een Engelandvaarder meegegeven en hierop werd in den zomer 1943 het definitieve plan met vereischte afspraken en codes door een B.I. agent in antwoord hierop overgebracht.
Begin October 1943 startte de zendpost Irene-Met te Utrecht. Midden December ontstond een tweede post Beatrix-Met te Groningen. Omstreeks Februari 1944 volgde een derde zend post Margriet-Met te Maastricht.
De organisatie en samenhangende radiotelegrafische correspondentie geschiedde vanuit het hoofdkwartier van de groep te Den Haag.
Irene-Met werd op 9 October uitgepeild en opgerold.
Totaal aantal geslaagde uitzendingen ongeveer 300.
Beatrix-Met werd op 10 November 1944 uitgepeild en opgeruimd.
Totaal aantal geslaagde uitzendingen is 250.
Margriet-Met werd op 17 September 1944 bevrijd.
Totaal aantal geslaagde uitzendingen ongeveer 60.
In de periode October 1943 - November 1944 lag het groote gealliëerde luchtoffensief op West-Europa, de voorbereiding der invasie en de invasie zelf, waarbij het weer een bijzonder belangrijke factor was.
De synoptische gegevens werden dagelijks te 13:00 GMT in de 3 genoemde plaatsen waargenomen en tusschen 13:00 en 13:30 GMT radiotelegrafisch aan 'Central' (Londen) verzonden.
Een meer gedetailleerd verslag van den heer A.A. de Roode, leider van de radioafdeeling van 'Packard' gaat hierbij.
Den Haag, 5 Juli 1946.
H. Deinum
TRANSCRIPTIE.
Beknopt verslag van den, tijdens de Duitsche bezetting in Nederland door de groep 'PACKARD' georganiseerden Meteorologischen Dienst ten behoeve van de Gealliëerde Luchtmacht.
In October werd ik door den heer H. Deinum uitgenoodigd medewerking te verleenen aan het tot stand brengen van radioverbindingen met de zich te Londen bevindende Nederlandsche Regeering,
De bedoeling van dit contact was inlichtingen van militairen en andere aard, die van belang waren voor de oorlogvoering, te kunnen doorgeven.
Door mijn werkkring bij de Rijksluchtvaartdienst, aanvankelijk as radiotelegrafist-observator, later als verkeersleider, waarin ik zelf ook den meteorologischen dienst als deel van mijn taak had gehad, kwam ik direct op het plan, eenige waarnemingsposten in Nederland te stichten en de waarnemingen oer radio aan Engeland door te geven.
Ik stelde begin 1943 een plan op, waarvan afschrift hierbij is gevoegd en stelde dit aan den heer Deinum ter hand, die het door bemiddeling van een Engelandvaarder naar Engeland doorzond.
Na eenige maanden kwam de heer P.L. d'Aulnis met het antwoord uit Londen: men achtte de oprichting van een weerberichtendienst zeer belangrijk en verzocht tot uitvoering van het plan over te gaan. Onmiddellijk nam ik, in samenwerking met den heer Deinum, de organisatie van dezen dienst ter hand.
Pogingen om de officieele waarnemingen van het KNMI dagelijks te verkrijgen en door te zenden, mislukten, zoodat wij zelf een waarnemingspost moesten inrichten.
Hiervoor waren noodig een goede barometer, thermometer, vochtigheidsmeter, barograaf en een meteorologisch gunstige opstellingsplaats in de nabijheid van den zender.
Een goede scheepsbarometer kreeg ik van een scheepvaartmaatschappij, een barograaf werd door den heer Deinum uit Delft (T.H.) gehaald en de andere instrumenten konden gekocht worden.
De heet Th. Dubois te Utrecht, mijn collega van de Rijksluchtvaartdienst, werd bereid gevonden, de verzorging van de dagelijksche waarneming en uitzending op zich te nemen.
De heet Mettevier-Meyer installeerde met den heer Deinum een zelf gebouwden zender ten huize van Mej. Ada van Rossum, arts te Utrecht, die bereid was gevonden haar huis ter beschikking te stellen.
De noodige Meteorologische instrumenten werden in den tuin opgesteld.
Het zendplan 'Irene -Met' werd door middel van een dropping van den heer d'Aulnis ontvangen. Begin October werd de verbinding met Engeland tot stand gebracht. Na het tot stand brengen hiervan nam de heer Dubois de zaak over en verzorgde dagelijkse uitzendingen.
Zeld functioneerde ik als aflosser, als Dubois door afwezigheid of ziekte verhinderd was. Correspondentie omtrent de weerberichtendienst liepen over St. Julian, welk station door mij werd bediend.
Na de start van 'Irene-Met' te Utrecht werd begonnen met de organisatie van een tweede met-station te Groningen: 'Beatrix-Met'.
Door den heer Dubois werden wij in contact gebracht met zijn zwager, de heer C. Naber en door dezen met de heeren S.P. de Boer en T. Hartlief.
Na eenige besprekingen verklaarde de heer Naber zich bereid zijn pakhuis ter beschikking te stellen voor de uitzendingen en de heer Hartlief om de waarnemingen en uitzendingen te verzorgen.
De heer De Boer had het contact met Hartlief gelegd en zou trachten meerdere zendhuizen te verschaffen.
Nadat de heeren Hartlief en De Boer door mij in de meteorologische codes en het doen van meteorologische waarnemingen waren geïnstrueerd, werd op 12 December 1943 de verbinding met Londen tot stand gebracht, waarna de heer Hartlief het station overnam.
In februari (1944) werd de heer Cleveringa, ook door bemiddeling van den heer De Boer, als operator ingeschakeld in verband met de werkzaamheden van den heer Hartlief.
Ook de heer De Boer stelde zijn huis eenigen tijd ter beschikking voor de uitzendingen.
Na de start van Beatrix-Met te Groningen, werden de voorbereidingen voor een derde waarnemingsstation, te Maastricht, ter hand genomen.
De heer Bloemkolk, eveneens radiotelegrafist bij den Rijksluchtvaartdienst, werd bereid gevonden naar Maastricht te gaan voor de bediening van dit Met-station 'Margriet-Met'.
Na vele moeilijkheden en teleurstellingen legde de heer Mettivier-Meyer contact met den heer J. Eleveld te Maastricht, die ons in contact bracht met den heer F. van der Ley, arts te Maastricht, die zijn huis voor 'Margriet-Net' openstelde.
In Februari 1944 startte 'Margriet-Met'.
Er deden zich daar echter vele moeilijkheden voor. Door de arrestatie van de heer Van der Ley, moest de zender in allerijl uit diens huis worden verwijderd.
Onderdak voor den operator baarde vele zorgen.
Tenslotte werden de moeilijkheden ondervangen, door twee te Maastricht wonende (zend) amateurs, J. Eleveld, die ons reeds eerder diensten had bewezen en P. Philipse, verder op te leiden en als operator te doen fungeren.
SD overval op 'Irene-Met'.
Op 9 October werd het zendhuis van 'Irene-met' te Utrecht door de SD overvallen, waarbij Mej. Ada van Rossum werd gearresteerd. Dubois, die zich tijdens den overval wel in het huis bevond, kom zich verstoppen in een divan, schuil houden en ontkwam.
Dr. van Rossum verbleef tot de bevrijding van Holland in de gevangenis.
SD overval op 'Beatrix-Met'.
Op 9 November 1944 werd het zendhuis van 'Beatrix-Met' te Groningen door de SD overvallen, waarbij de heeren Naber en Hartlief werden gearresteerd.
De heer Naber beroofd zich na twee dagen gevangenisstraf van het leven door uit de zolderverdieping van het beruchte 'Scholte-huis' te springen.
De heer Hartlief werd in Maart 1945 door de Duitsers gefusilleerd.
Den Haag, 3 Juli 1946.
A.A. de Roode
Adj. Inspecteur Rijksluchtvaartdienst
Source: DECLASSIFIED Authority NND 745001.
w.mugge@home.nl