CORNELIS VERBIEST.
Naam: Cornelis Verbiest.
Geboren: 13 April 1918 te Sommelsdijk, Zuid-Holland.
Nationaliteit: Nederlands.
Beroep: Inspecteur van politie.
Vader: Jan Verbiest, geboren 28 Maart 18?? te Sommelsdijk.
Moeder: Maria van Lente, geboren 4 Maart 1883 te Middelharnis.
Echtgenote: Petronella Johanna Swinkels.
Geboren: 7 Augustus 1919 te Belmond, Noord-Brabant.
Gehuwd: 28 November 1940 te Amsterdam.
Gescheiden: 7 Oktober 1943 te Amsterdam.
Echtgenote: Mary Charlotte Hergesell.
Geboren: 22 Oktober 1914 te Amsterdam.
Gehuwd: 9 November 1944 te Amsterdam.
Adres: Binnenweg B 87, Sommelsdijk.
4 September 1940, Zocherstraat 17II, Amsterdam.
28 November 1940, 1e Helmersstraat 2111HG.
11 Maart 1941, Woubruggestraat5I.
15 Augustus 1941, PB 517371.
9 November 1944, Vechtstraat 85HS.
6 December 1944, PB 707378.
5 Januari 1946, Vechtstraat 14HS.
29 April 1946, Vechtstraat 85HS.
3 Oktober 1951, Roerstraat 105HS.
11 Oktober 1963, Wouwermanstraat 25HS.
Source: Gemeente Archief Amsterdam.
Cornelis Verbiest is op 13 april 1918 in Sommelsdijk geboren als zevende van de elf kinderen (acht jongens en drie meisjes) van landbouwer Jan Verbiest en Maria van Lente.
De geboorteplaats van Cornelis Verbiest, het dorp Sommelsdijk, behoort tot de Zuid-Hollandse gemeente Middelharnis op Goeree-Overflakkee.
Cornelis is nadat hij drie jaar bij zijn vader op het land werkte, een poosje molenaar geweest. Op z’n achttiende ging hij met de turnvereniging naar Amsterdam om daar in het Olympisch Stadion op te treden. De grote stad beviel hem zo goed dat hij uit zijn dorp wegwilde en zich eind jaren dertig vrijwillig voor de militaire dienst meldde. Hij werd aangesteld als sergeant bij het Korps Jagers en Grenadiers. Na de capitulatie kon hij bij de politie in Amsterdam terecht als straatagent bij het bureau Warmoesstraat. Later werd hij rechercheur op het hoofdbureau. Op 19 november 1940 trouwde hij met Petronella Johanna Swinkels. Hij leerde Gerrit van der Veen kennen en werd actief in het illegale verzet, waar hij de advocate Mary Charlotte (Mia) Hergesell, een zeer ervaren vervalser van persoonsbewijzen, ontmoette. Zijn eerste huwelijk hield geen stand, Mia zou zijn tweede vrouw worden. Als politieagent kon Cornelis voor een inval het verzet en Joden van wie spullen in beslag genomen zouden worden, waarschuwen. Hij hielp arrestanten ontsnappen en saboteerde razzia’s. Hij deed mee aan overvallen, in zijn uniform en met een politiewagen was hij o.a. betrokken bij de succesvolle overval op de Landsdrukkerij in Den Haag. Na de arrestatie van Van der Veen, moesten hij en Mia een poos onderduiken.
Na de oorlog was hij teleurgesteld dat de zuivering bij de politie niets had voorgesteld, maar met het rapport dat hij erover schreef werd niets gedaan. Hij richtte de afdeling terugvordering Joodse goederen op. In 1960 was het onverdraaglijk voor Verbiest dat de Jodenjager Moll zijn baas zou worden, hij nam ontslag en solliciteerde met succes bij het GAK. In het weekend werkte hij weer als molenaar, in Tienhoven.
In het blad Eilanden Nieuws is in de jaren negentig een artikel over hem gepubliceerd: In gesprek met dhr. C. Verbiest oud-Sommerdieker, door Teunie Knöps. Verbiest, die inmiddels gepensioneerd was, had in het streekmuseum van Sommelsdijk een expositie georganiseerd over Joden die woonden en werkten op Flakkee. Hij merkte dat de jeugd bijna niets wist van wat er in de oorlog was gebeurd en dat er op Flakkee veel te weinig is gedaan voor hen die tijdens de oorlog vervolgd werden. ‘We moeten ons schamen dat er niet een is ondergedoken….’
Cornelis is overleden als laatste van de elf kinderen uit het gezin Verbiest, op 26 september 2010. Hij is 92 jaar geworden.
Source: Wikipedia.
Geboren: 13 April 1918 te Sommelsdijk, Zuid-Holland.
Nationaliteit: Nederlands.
Beroep: Inspecteur van politie.
Vader: Jan Verbiest, geboren 28 Maart 18?? te Sommelsdijk.
Moeder: Maria van Lente, geboren 4 Maart 1883 te Middelharnis.
Echtgenote: Petronella Johanna Swinkels.
Geboren: 7 Augustus 1919 te Belmond, Noord-Brabant.
Gehuwd: 28 November 1940 te Amsterdam.
Gescheiden: 7 Oktober 1943 te Amsterdam.
Echtgenote: Mary Charlotte Hergesell.
Geboren: 22 Oktober 1914 te Amsterdam.
Gehuwd: 9 November 1944 te Amsterdam.
Adres: Binnenweg B 87, Sommelsdijk.
4 September 1940, Zocherstraat 17II, Amsterdam.
28 November 1940, 1e Helmersstraat 2111HG.
11 Maart 1941, Woubruggestraat5I.
15 Augustus 1941, PB 517371.
9 November 1944, Vechtstraat 85HS.
6 December 1944, PB 707378.
5 Januari 1946, Vechtstraat 14HS.
29 April 1946, Vechtstraat 85HS.
3 Oktober 1951, Roerstraat 105HS.
11 Oktober 1963, Wouwermanstraat 25HS.
Source: Gemeente Archief Amsterdam.
Cornelis Verbiest is op 13 april 1918 in Sommelsdijk geboren als zevende van de elf kinderen (acht jongens en drie meisjes) van landbouwer Jan Verbiest en Maria van Lente.
De geboorteplaats van Cornelis Verbiest, het dorp Sommelsdijk, behoort tot de Zuid-Hollandse gemeente Middelharnis op Goeree-Overflakkee.
Cornelis is nadat hij drie jaar bij zijn vader op het land werkte, een poosje molenaar geweest. Op z’n achttiende ging hij met de turnvereniging naar Amsterdam om daar in het Olympisch Stadion op te treden. De grote stad beviel hem zo goed dat hij uit zijn dorp wegwilde en zich eind jaren dertig vrijwillig voor de militaire dienst meldde. Hij werd aangesteld als sergeant bij het Korps Jagers en Grenadiers. Na de capitulatie kon hij bij de politie in Amsterdam terecht als straatagent bij het bureau Warmoesstraat. Later werd hij rechercheur op het hoofdbureau. Op 19 november 1940 trouwde hij met Petronella Johanna Swinkels. Hij leerde Gerrit van der Veen kennen en werd actief in het illegale verzet, waar hij de advocate Mary Charlotte (Mia) Hergesell, een zeer ervaren vervalser van persoonsbewijzen, ontmoette. Zijn eerste huwelijk hield geen stand, Mia zou zijn tweede vrouw worden. Als politieagent kon Cornelis voor een inval het verzet en Joden van wie spullen in beslag genomen zouden worden, waarschuwen. Hij hielp arrestanten ontsnappen en saboteerde razzia’s. Hij deed mee aan overvallen, in zijn uniform en met een politiewagen was hij o.a. betrokken bij de succesvolle overval op de Landsdrukkerij in Den Haag. Na de arrestatie van Van der Veen, moesten hij en Mia een poos onderduiken.
Na de oorlog was hij teleurgesteld dat de zuivering bij de politie niets had voorgesteld, maar met het rapport dat hij erover schreef werd niets gedaan. Hij richtte de afdeling terugvordering Joodse goederen op. In 1960 was het onverdraaglijk voor Verbiest dat de Jodenjager Moll zijn baas zou worden, hij nam ontslag en solliciteerde met succes bij het GAK. In het weekend werkte hij weer als molenaar, in Tienhoven.
In het blad Eilanden Nieuws is in de jaren negentig een artikel over hem gepubliceerd: In gesprek met dhr. C. Verbiest oud-Sommerdieker, door Teunie Knöps. Verbiest, die inmiddels gepensioneerd was, had in het streekmuseum van Sommelsdijk een expositie georganiseerd over Joden die woonden en werkten op Flakkee. Hij merkte dat de jeugd bijna niets wist van wat er in de oorlog was gebeurd en dat er op Flakkee veel te weinig is gedaan voor hen die tijdens de oorlog vervolgd werden. ‘We moeten ons schamen dat er niet een is ondergedoken….’
Cornelis is overleden als laatste van de elf kinderen uit het gezin Verbiest, op 26 september 2010. Hij is 92 jaar geworden.
Source: Wikipedia.
Naam: Hendrikus Johannes Moll.
Geboren: 13 Juni 1902 te Ede.
Geboren: 13 Juni 1902 te Ede.
Naam: Hendrikus Johannes Moll.
Geboren: 13 Juni 1902 te Ede, Gelderland.
Nationaliteit: Nederlands.
Beroep: Inspecteur van politie.
Vader: Hendrikus Johannes Moll, geboren 20-??-???? te Ede, Gelderland.
Moeder: Hendrika Roelofsen.
Echtgenote: Mensje Hendrika Waanders.
Geboren 13 December 1905 te Ede, Gelderland.
Gehuwd: 15 Augustus 1929 te Ede, Gelderland.
Adres: ZANDVOORT
3 December 1925, diverse adressen, Amsterdam.
7 November 1936 Jac Marisplein 19I.
19 Juli 1941, PB 388015
6 December 1962, C. van de Lindenstraat 2, flat 22, Zandvoort.
Geboren: 13 Juni 1902 te Ede, Gelderland.
Nationaliteit: Nederlands.
Beroep: Inspecteur van politie.
Vader: Hendrikus Johannes Moll, geboren 20-??-???? te Ede, Gelderland.
Moeder: Hendrika Roelofsen.
Echtgenote: Mensje Hendrika Waanders.
Geboren 13 December 1905 te Ede, Gelderland.
Gehuwd: 15 Augustus 1929 te Ede, Gelderland.
Adres: ZANDVOORT
3 December 1925, diverse adressen, Amsterdam.
7 November 1936 Jac Marisplein 19I.
19 Juli 1941, PB 388015
6 December 1962, C. van de Lindenstraat 2, flat 22, Zandvoort.
Pensioenkaart Hendrikus Johannes Moll.
Het Militair Gezag dat al tijdens de oorlog in Engeland was opgericht moest direct na de bevrijding orde op zaken stellen. Er vonden 7500 onderzoeken plaats, 2000 man werd ontslagen, 1500 kregen een disciplinaire straf. Negen politiemensen kregen de doodstraf die ook daadwerkelijk werd uitgevoerd. Iedereen die een gevangenisstraf kreeg is vervroegd vrij gelaten.
Naar schatting de helft kreeg niets te horen. Afgaande op het zeer kleine aantal onderduikers (600 van de 17.000) onder politie-agenten zou voorzichtig geconcludeerd mogen worden dat 97% van de Nederlandse en dus ook de Amsterdamse politie 'fout' was en dat de helft daarvan daar wel zeer eenvoudig mee weg is gekomen.
Over wat goed en fout en verwijtbaar fout is lopen de meningen uiteen. Het feit dat er zo weinig bekend is over de Amsterdamse politie tijdens de Tweede Wereldoorlog lijkt goed verklaarbaar als je ziet hoe weinig protest er was. Verreweg de meeste agenten konden na de oorlog gewoon weer aan de slag.
Source: De Dokwerker.
Het Militair Gezag dat al tijdens de oorlog in Engeland was opgericht moest direct na de bevrijding orde op zaken stellen. Er vonden 7500 onderzoeken plaats, 2000 man werd ontslagen, 1500 kregen een disciplinaire straf. Negen politiemensen kregen de doodstraf die ook daadwerkelijk werd uitgevoerd. Iedereen die een gevangenisstraf kreeg is vervroegd vrij gelaten.
Naar schatting de helft kreeg niets te horen. Afgaande op het zeer kleine aantal onderduikers (600 van de 17.000) onder politie-agenten zou voorzichtig geconcludeerd mogen worden dat 97% van de Nederlandse en dus ook de Amsterdamse politie 'fout' was en dat de helft daarvan daar wel zeer eenvoudig mee weg is gekomen.
Over wat goed en fout en verwijtbaar fout is lopen de meningen uiteen. Het feit dat er zo weinig bekend is over de Amsterdamse politie tijdens de Tweede Wereldoorlog lijkt goed verklaarbaar als je ziet hoe weinig protest er was. Verreweg de meeste agenten konden na de oorlog gewoon weer aan de slag.
Source: De Dokwerker.
'De goede rechercheur'.
Tekst Peter Brusse
Uit het leven
Cor Verbiest, op 26 september op tweeënnegentigjarige leeftijd overleden, diende tijdens de Tweede Wereldoorlog bij de Amsterdamse politie. Hij werkte samen met de verzetsheld Gerrit van der Veen, hielp arrestanten ontsnappen, saboteerde razzia’s, was betrokken bij grote overvallen, maar, zei hij: ‘Ik zat niet in het verzet. Ik verzette mij tegen onrecht.’ Hij was ervan overtuigd dat de grote meerderheid van de Amsterdamse politie niet slechter of beter was geweest dan de meeste Amsterdammers. Maar de politie, zei hij, heeft nooit het vertrouwen van de bevolking teruggekregen omdat foute leiders na de oorlog hun functies behielden. Toen hij zich op 5 mei weer bij zijn baas meldde, zei deze - hij had Cor in ’44 wegens verzetswerk willen oppakken - dat er geen werk voor hem was. Cor liet zich niet kennen, hij was rechercheur en richtte in zijn eentje de afdeling terugvordering joodse goederen op. Ook daar werd hij tegengewerkt, hij mocht niemand arresteren. Maar Cor,...
Source: Vrij Nederland.
Ik hoop de rest van deze tekst nog eens te pakken kunnen krijgen.
w.mugge@home.nl
Tekst Peter Brusse
Uit het leven
Cor Verbiest, op 26 september op tweeënnegentigjarige leeftijd overleden, diende tijdens de Tweede Wereldoorlog bij de Amsterdamse politie. Hij werkte samen met de verzetsheld Gerrit van der Veen, hielp arrestanten ontsnappen, saboteerde razzia’s, was betrokken bij grote overvallen, maar, zei hij: ‘Ik zat niet in het verzet. Ik verzette mij tegen onrecht.’ Hij was ervan overtuigd dat de grote meerderheid van de Amsterdamse politie niet slechter of beter was geweest dan de meeste Amsterdammers. Maar de politie, zei hij, heeft nooit het vertrouwen van de bevolking teruggekregen omdat foute leiders na de oorlog hun functies behielden. Toen hij zich op 5 mei weer bij zijn baas meldde, zei deze - hij had Cor in ’44 wegens verzetswerk willen oppakken - dat er geen werk voor hem was. Cor liet zich niet kennen, hij was rechercheur en richtte in zijn eentje de afdeling terugvordering joodse goederen op. Ook daar werd hij tegengewerkt, hij mocht niemand arresteren. Maar Cor,...
Source: Vrij Nederland.
Ik hoop de rest van deze tekst nog eens te pakken kunnen krijgen.
w.mugge@home.nl